zondag 23 februari 2014

Verwerkingsopdracht 'Ik was nooit in Isfahaan' door Tommy Wieringa, beeldopdracht


Verwerkingsopdracht: “Ik was nooit in Isfahaan” door Tommy Wieringa
Beeldopdracht, door Mendy, Daan, Pim, Annamarthe en Sanne (4C)

Wij hebben gekozen voor het maken van een nieuwe omslag voor het boek van Tommy Wieringa. We vonden namelijk de oude omslag niet passend voor het boek, omdat we de lay-out niet mooi vonden. Na het bestuderen van de omslag zagen we dat deze bestond uit drie teksten, een rug en een voor- en achterkant plus titel. We hebben de titel veranderd naar: “Wieringa’s reisverhalen”. Dit hebben we vooral gedaan omdat we vonden dat als we de gehele omslag zouden veranderen, we ook de titel zouden moeten aanpassen. Ook is de titel Wieringa’s reisverhalen veel accurater dan Ik was nooit in Isfahaan. De titel Ik was nooit in Isfahaan, is afgeleid van een gedicht van P.N. van Eyck, waarin de stad Isfahaan metafoor staat voor de dood. Aangezien de dood steeds terugkomt in de verhalen van dit boek van Wieringa, is deze titel wel verklaarbaar. Echter, voordat wij het boek gingen lezen en op de hoogte waren geraakt van het gedicht van Van Eyck konden wij de titel niet plaatsen. Hierom hebben wij dus ook voor een logischere titel gekozen.
Ook de teksten die op de oude omslag stonden hebben wij vervangen. De tekst op de voorkantflap ging over het verhaal Ik was nooit in Isfahaan zelf, de tekst op de achterkant was een korte mening over het boek en de tekst op de achterkantflap was een stukje over Wieringa’s oeuvre.
Allereerst het stukje tekst op de voorflap. Dit is wat wij ervan gemaakt hebben: “Ik was nooit in Isfahaan is het Boekenweekgeschenk waarin Tommy Wieringa met veel fantasie een groot aantal kostelijke anekdotes aan de lezer cadeau doet. Van Syrië tot Egypte, van Frankrijk tot Zwitserland; Wieringa neemt je overal mee naar toe in deze verzameling van verhalen die aandoen alsof ze in een logboek hadden kunnen staan. Met zinnen als deze: "Asgabat is de naar buiten gekeerde geest van een man, een infantiele machtsfantasie, tot marmer versteend narcisme”, wekt hij een sfeer van mysterie, een neiging om verder te lezen, op zoek naar meer.”
Deze tekst geeft duidelijk weer wat je van het boek kunt verwachten, namelijk een aantal vermakelijke verhalen die zich afspelen op verschillende plaatsen, waarbij Wieringa gebruikt maakt van een zeer mooie schrijfstijl. Aangezien dit één van de eerste teksten is die mensen zullen bekijken, als zij het boek willen kopen of lezen, moet deze tekst dus duidelijk, beschrijvend (maar niet te inhoudelijk) en lovend zijn.
De tweede tekst, degene met onze mening, is de volgende geworden: “Deze fascinerende bundel van de veelgeprezen schrijver Tommy Wieringa is een groot plezier om te lezen. Doordat Wieringa gebruik maakt van een groot scala aan mooie, stilistische zinnen beleef je de verhalen alsof je er zelf bij bent. Een waardig Boekenweekgeschenk!”
Aangezien een tekst als deze, die duidelijk bedoelt is om de mogelijke lezer aan te sporen het boek daadwerkelijk te lezen, bovenal lyrisch moet zijn over het boek, is dat precies hoe we geschreven hebben. Natuurlijk is de tekst lichtelijk overdreven door het gebruik van veel bijvoeglijke naamwoorden, maar dat is in een geval als dit niet erg, integendeel, hier is het zelfs gepast.
De derde tekst over Wieringa zelf, gaat als volgt: “Tommy Wieringa kreeg in 2002 voor zijn roman Alles over Tristan de Halewijnprijs. Hij brak pas echt door met zijn veelbekroonde roman Joe Speedboot. Deze roman kreeg onder meer in 2006 de Ferdinand Bordewijk Prijs en de eerste Magazijn La Vie en Rose Prijs. Eén zin in dit boek leverde hem ook Tzumprijs van 2006 op:  “De knalpijpen glansden als bazuinen, de wereld leek te verschroeien in allesverzengend lawaai wanneer de jongens het gaspedaal intrapten met de koppeling in, alleen om te laten weten dat ze bestonden, zodat níemand daaraan zou twijfelen, want wat niet weerkaatst, bestaat niet.” Daarnaast schreef Wieringa nog een verscheidenheid aan andere prachtige boeken, waaronder Caesarion en Dit zijn de namen.”
Deze tekst is niet bijster interessant om te verantwoorden. We hebben een tekst geschreven waarin we precies vertellen welke belangrijke prijzen Wieringa gekregen heeft voor zijn werk. Dat is eigenlijk ook het doel van een tekst over de schrijver, omdat dat de lezer duidelijk moet maken dat hij veel van het boek te verwachten heeft, omdat de schrijver al veel andere bekroonde (dus goede) boeken heeft geschreven.
Dan nu het beeldmateriaal. Op de omslag hebben we drie afbeeldingen geplakt.
De afbeelding op de voorkant is een schilderij van een (Afrikaanse) markt. Hij is geschilderd door Angu Walters en heet “The Village Market”. We hebben dit schilderij gekozen voor op de voorkant, omdat het vrolijk is en meteen doet denken aan verre reizen. Dat heeft niet te maken met één van de verhalen die in het boek Ik was nooit in Isfahaan staan, maar het komt meer door de sfeer die de markt uitademt, die wij vinden passen bij het boek in zijn algemeenheid.
De tweede afbeelding echter, straalt eerder het tegenovergestelde uit van het andere schilderij. Dit schilderij van een oude man (wij vermoeden dat hij een zwerver is) straalt juist terneergeslagenheid, verdriet en melancholiek uit. Dit komt in het boek van Wieringa ook erg vaak voor. De twee afbeeldingen staan op de voor- en achterzijde van het boek, als metafoor voor “de keerzijde van de medaille”. We zijn er bij dit kunstwerk niet achter gekomen wie het gemaakt heeft.
Dan ten slotte de laatste afbeelding op de achterkantflap. Dit is een foto van Tommy Wieringa. We hebben ervoor gekozen ook een foto van Wieringa op te plakken, omdat lezers het fijn vinden een beeld te hebben van de schrijver het boek. Een foto van de schrijver is daarvoor een zeer geschikte oplossing.

Bronnen beeldmateriaal:
Afbeelding voorkant: Angu Walters, The Village Market: http://www.artcameroon.com/the-village-market/





Geen opmerkingen:

Een reactie posten