Verwerkingsopdracht:
“Ik was nooit in Isfahaan” door Tommy Wieringa
Beeldopdracht,
door Mendy, Daan, Pim, Annamarthe en Sanne (4C)
Wij hebben gekozen voor het maken van een nieuwe omslag voor
het boek van Tommy Wieringa. We vonden namelijk de oude omslag niet passend
voor het boek, omdat we de lay-out niet mooi vonden. Na het bestuderen van de
omslag zagen we dat deze bestond uit drie teksten, een rug en een voor- en
achterkant plus titel. We hebben de titel veranderd naar: “Wieringa’s reisverhalen”. Dit hebben we vooral gedaan omdat we
vonden dat als we de gehele omslag zouden veranderen, we ook de titel zouden
moeten aanpassen. Ook is de titel Wieringa’s
reisverhalen veel accurater dan Ik was
nooit in Isfahaan. De titel Ik was
nooit in Isfahaan, is afgeleid van een gedicht van P.N. van Eyck, waarin de
stad Isfahaan metafoor staat voor de dood. Aangezien de dood steeds terugkomt
in de verhalen van dit boek van Wieringa, is deze titel wel verklaarbaar.
Echter, voordat wij het boek gingen lezen en op de hoogte waren geraakt van het
gedicht van Van Eyck konden wij de titel niet plaatsen. Hierom hebben wij dus
ook voor een logischere titel gekozen.
Ook de teksten die op de oude omslag stonden hebben wij
vervangen. De tekst op de voorkantflap ging over het verhaal Ik was nooit in Isfahaan zelf, de tekst
op de achterkant was een korte mening over het boek en de tekst op de
achterkantflap was een stukje over Wieringa’s oeuvre.
Allereerst het stukje tekst op de voorflap. Dit is wat
wij ervan gemaakt hebben: “Ik was nooit
in Isfahaan is het Boekenweekgeschenk waarin Tommy Wieringa met veel
fantasie een groot aantal kostelijke anekdotes aan de lezer cadeau doet. Van
Syrië tot Egypte, van Frankrijk tot Zwitserland; Wieringa neemt je overal mee
naar toe in deze verzameling van verhalen die aandoen alsof ze in een logboek
hadden kunnen staan. Met zinnen als deze: "Asgabat is de naar buiten
gekeerde geest van een man, een infantiele machtsfantasie, tot marmer versteend
narcisme”, wekt hij een sfeer van mysterie, een neiging om verder te lezen, op
zoek naar meer.”
Deze tekst geeft duidelijk weer wat je van het boek kunt
verwachten, namelijk een aantal vermakelijke verhalen die zich afspelen op
verschillende plaatsen, waarbij Wieringa gebruikt maakt van een zeer mooie
schrijfstijl. Aangezien dit één van de eerste teksten is die mensen zullen
bekijken, als zij het boek willen kopen of lezen, moet deze tekst dus
duidelijk, beschrijvend (maar niet te inhoudelijk) en lovend zijn.
De tweede tekst, degene met onze mening, is de volgende
geworden: “Deze fascinerende bundel van de veelgeprezen schrijver Tommy
Wieringa is een groot plezier om te lezen. Doordat Wieringa gebruik maakt van
een groot scala aan mooie, stilistische zinnen beleef je de verhalen alsof je
er zelf bij bent. Een waardig Boekenweekgeschenk!”
Aangezien een tekst als deze, die duidelijk bedoelt is om
de mogelijke lezer aan te sporen het boek daadwerkelijk te lezen, bovenal
lyrisch moet zijn over het boek, is dat precies hoe we geschreven hebben.
Natuurlijk is de tekst lichtelijk overdreven door het gebruik van veel
bijvoeglijke naamwoorden, maar dat is in een geval als dit niet erg,
integendeel, hier is het zelfs gepast.
De derde tekst over Wieringa zelf, gaat als volgt: “Tommy
Wieringa kreeg in 2002 voor zijn roman Alles over Tristan de Halewijnprijs. Hij
brak pas echt door met zijn veelbekroonde roman Joe Speedboot. Deze roman kreeg
onder meer in 2006 de Ferdinand Bordewijk Prijs en de eerste Magazijn La Vie en
Rose Prijs. Eén zin in dit boek leverde hem ook Tzumprijs van 2006 op: “De knalpijpen glansden als bazuinen, de
wereld leek te verschroeien in allesverzengend lawaai wanneer de jongens het
gaspedaal intrapten met de koppeling in, alleen om te laten weten dat ze
bestonden, zodat níemand daaraan zou twijfelen, want wat niet weerkaatst,
bestaat niet.” Daarnaast schreef Wieringa nog een verscheidenheid aan andere
prachtige boeken, waaronder Caesarion en Dit zijn de namen.”
Deze tekst is niet bijster interessant om te
verantwoorden. We hebben een tekst geschreven waarin we precies vertellen welke
belangrijke prijzen Wieringa gekregen heeft voor zijn werk. Dat is eigenlijk
ook het doel van een tekst over de schrijver, omdat dat de lezer duidelijk moet
maken dat hij veel van het boek te verwachten heeft, omdat de schrijver al veel
andere bekroonde (dus goede) boeken heeft geschreven.
Dan nu het beeldmateriaal. Op de omslag hebben we drie
afbeeldingen geplakt.
De afbeelding op de voorkant is een schilderij van een (Afrikaanse)
markt. Hij is geschilderd door Angu Walters en heet “The Village Market”. We
hebben dit schilderij gekozen voor op de voorkant, omdat het vrolijk is en
meteen doet denken aan verre reizen. Dat heeft niet te maken met één van de verhalen
die in het boek Ik was nooit in Isfahaan
staan, maar het komt meer door de sfeer die de markt uitademt, die wij vinden
passen bij het boek in zijn algemeenheid.
De tweede afbeelding echter, straalt eerder het
tegenovergestelde uit van het andere schilderij. Dit schilderij van een oude
man (wij vermoeden dat hij een zwerver is) straalt juist terneergeslagenheid,
verdriet en melancholiek uit. Dit komt in het boek van Wieringa ook erg vaak
voor. De twee afbeeldingen staan op de voor- en achterzijde van het boek, als
metafoor voor “de keerzijde van de medaille”. We zijn er bij dit kunstwerk niet
achter gekomen wie het gemaakt heeft.
Dan ten slotte de laatste afbeelding op de
achterkantflap. Dit is een foto van Tommy Wieringa. We hebben ervoor gekozen ook
een foto van Wieringa op te plakken, omdat lezers het fijn vinden een beeld te
hebben van de schrijver het boek. Een foto van de schrijver is daarvoor een
zeer geschikte oplossing.
Bronnen beeldmateriaal:
Afbeelding voorkant: Angu Walters, The Village Market: http://www.artcameroon.com/the-village-market/
Afbeelding achterkant: http://glassierkunst.nl/2013/11/11/2487/
Afbeelding achterkantflap: http://boeken.blogo.nl/files/2010/07/tommy-wieringa.jpg